De Tweede Kamerverkiezingen op 22 november zijn dit keer bijzonder spannend, door het vertrek van bekende politici en de komst van nieuwe gezichten en partijen. In een tijd van hoge inflatie, krapte op de arbeidsmarkt, groeiende ongelijkheid en ambitieuze klimaatdoelstellingen, is de zoektocht naar een nieuwe economie die voor iedereen werkt, belangrijker dan ooit. De verkiezingsprogramma’s benadrukken brede welvaart, waarin economische, sociale en ecologische belangen samenkomen om de toekomst van Nederland vorm te geven.
Onlangs werd dit thema besproken in ‘Het nieuwe Economiedebat’, georganiseerd door De Balie en Social Enterprise NL, met steun van Impact door Groei. In dit debat gaven kandidaat-Kamerleden en een panel van impactondernemers hun visie op de economie van de toekomst. Het debat was opgebouwd rond drie stellingen. Na elk debat tussen de partijen, reflecteerden de impactondernemers op wat er gezegd was, wat de discussie voortdurend aanscherpte.
Het Klimaatfonds is opgezet om burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties te ondersteunen om hun CO2-uitstoot te reduceren. Hier zit natuurlijk wel een prijskaartje aan. De stelling luidde: ‘Het Klimaatfonds is een goed middel voor de overheid om het bedrijfsleven te helpen klimaatneutraal te worden.’ Er kwamen uiteenlopende perspectieven naar voren, waarbij de ene kant pleitte voor investeringen en subsidies, terwijl de andere kant de voorkeur gaf aan normen en doelen en het Klimaatfonds als ongerichte financiering bestempelde.
Dit debat illustreerde de diverse opvattingen over de rol van de overheid in de overgang naar een duurzame economie. Sommige partijen waren terughoudend en wilden als Nederland niet per se vooroplopen in de transitie. Het ondernemerspanel reflecteerde op de rol van de Nederlandse overheid naast de Europese regelgeving.
De tweede stelling richtte zich op de krapte op de arbeidsmarkt. De stelling luidde: ‘Om de krapte op de arbeidsmarkt aan te pakken moet de belasting op vermogen worden verhoogd, zodat de belasting op arbeidsinkomsten verminderd kan worden.’ Opnieuw waren er uiteenlopende standpunten. De ene zijde was voor een belastingverschuiving, terwijl de andere zijde liever geen belastingen verhoogde. Dit thema legde de ingewikkeldheid bloot van het evenwicht tussen werken weer lonend maken en het effectief inrichten van het belastingstelsel.
De ondernemers bespraken de Participatiewet en hoe de overheid kan bijdragen aan een inclusieve arbeidsmarkt. De partijen erkenden het potentieel van mkb’ers die de begeleiding van hun personeel op orde hebben en benadrukten dat mensen niet bij voorbaat moeten worden uitgesloten.
Het derde thema was bestaanszekerheid en de mogelijke impact van beleidsmaatregelen op de economie. De stelling luidde: ‘Het streven van partijen om de bestaanszekerheid van burgers te vergroten dreigt het verdienvermogen en het vestigingsklimaat van Nederland aan te tasten.’ De discussie onthulde verdeelde meningen, waarbij sommigen waarschuwden dat te veel belasting van bedrijven de economie zou kunnen schaden, terwijl anderen pleitten voor vooruitgang op het gebied van duurzaamheid, zelfs als dit sommige bedrijven benadeelt.
Daarnaast werd gereflecteerd op hoe de overheid ruimte kan bieden aan impactondernemingen, waarbij de overheid vaak werd gezien als aanjager van verandering, met name als inkoper. De ondernemers bespraken nog hoe je dit ministerie-overschrijdend voor elkaar krijgt. Het antwoord daarop was: langetermijnbeleid.
Het publiek in De Balie kreeg ook de kans om vragen te stellen en daarbij de opvatting van elke partij over de nieuwe economie te horen. De verschillende perspectieven varieerden van economische groei, maar duurzaam (waar het kan), tot meer zeggenschap in de economie, een groene welzijnseconomie en een economie in dienst van de maatschappij. Het nieuwe Economiedebat bood inzicht in de visie van verschillende partijen op de toekomst van Nederland en het belang van brede welvaart.
Meer weten over de standpunten van de partijen?