Ondernemers met een migratieachtergrond en genderdiverse ondernemers hebben meer moeite om financiering te vinden en toegang te krijgen tot specifieke netwerken dan andere ondernemers. Het event ‘Gelijke kansen voor financiering’ bracht een diverse groep samen om deze ongelijkheid aan te pakken. Marco Florijn, programmaleider Impact door Groei, vat het gevoel van de ochtend treffend samen: ‘Vandaag zetten we een komma, want hier willen we op door.’
‘Wie niet investeert in culturele diversiteit is over vijftig jaar niet meer relevant.’ Zo opent Martin van Engel van Matapica de bijeenkomst in Circa Amsterdam – de duurzame eventlocatie van Amsterdam. Deze ochtendbijeenkomst, waar diversiteit en inclusie in de financiële sector centraal staat, wordt georganiseerd door Matapica, FNO-programma Impact door Groei en consultancybureau KplusV.
Die laatste heeft in opdracht van Impact door Groei onderzoek gedaan naar de kansengelijkheid voor financiering van impactondernemers met een migratieachtergrond of ondernemers die zich identificeren als vrouw – of met een gender buiten de normatieve status quo.
Hoog tijd dus om belanghebbenden samen te brengen, zodat we niet alleen de resultaten van het onderzoek bespreken, maar ook concrete stappen richting inclusiviteit kunnen zetten. En dat gebeurt door verschillende perspectieven samen te brengen: die van de stakeholder (vaak financier), de initiatiefnemer (impactondernemer die het netwerk nog niet gevonden heeft) en de impactondernemer (die het netwerk wel gevonden heeft). En het is druk. Terwijl de eerste diverse groep stakeholders al voor de groep staan voor een panelgesprek, worden er nog extra stoelen naar binnen gedragen zodat iedereen een plekje vindt.
Het verhaal van Marianne Dorder maakt de uitdagingen pijnlijk tastbaar. Zij werkt als vrouw van kleur in de ICT. En vrouwen komt ze eigenlijk nauwelijks tegen in haar werk, laat staan vrouwen van kleur. Daarom richtte ze de stichting Zwarte Vrouwen voor Technologie (ZVVT) op, om vrouwen van kleur te ondersteunen die een carrière in de ICT ambiëren. ‘Ik heb geen toegang tot fondsen, want ik word gezien als hobbyist. Terwijl ik hier mijn tijd en geld in steek. Dit is geen hobby, dit is een onderneming.’
Ze merkt op dat investeerders vooral naar aantallen kijken, terwijl het twijfelachtig is of dit de juiste vraag is. ‘Ik krijg regelmatig de vraag: “hoeveel vrouwen heb je dan naar de ICT begeleid”, terwijl de vraag eerder moet zijn; zijn de vrouwen die ik naar ICT heb begeleid, maatschappelijk beter terecht gekomen.’
Haar voorbeeld komt voort uit de plenaire discussie dat de verwachtingen van investeerders vaak botsen met de impactgedreven doelen van deze impactondernemers. Gaat het nu om kwantiteit of kwaliteit wordt er tijdens de bijeenkomst opgemerkt.
In de eerste conclusies van het rapport van KplusV blijkt onder andere dat voor de ondernemers met een migratieachtergrond of genderdiverse mensen, hun afhankelijkheid van lokale markten en het gebrek aan business support in hun groeifase een obstakel is.
Daarnaast worstelen genderdiverse impactondernemers met het vinden van financiering en toegang tot netwerken, mede door een gebrek aan zichtbare rolmodellen, aldus het rapport van KplusV.
In het onderzoek worden ook potentiële oplossingen aangedragen. Denk aan meer onderzoek naar impactondernemers en hun behoefte aan inclusiviteit, toegang tot netwerken verlenen én support bieden voor opschaling.
Daarom gaan – na het panelgesprek – drie afzonderlijke tafels, met ieder een eigen diverse groep van gender- en culturele achtergrond, aan de slag met zo’n potentiële oplossing. Hoe kan de monitoring en het onderzoek beter? En hoe open je nu netwerken en help je ondernemers met opschalen? De ideeën vliegen door de ruimte. Op zoek gaan welke onderzoeken er al zijn bijvoorbeeld. Of sleutelfiguren vinden die netwerken kunnen openen en kennis en ondersteuning bieden voor het opschalen van impactondernemers.
Hoewel de voorgestelde oplossingen waardevol zijn, ligt de kracht van deze bijeenkomst in de verbindingen die zijn gelegd tussen vrouwen, ondernemers met een migratieachtergrond, bankiers, fondsen en de overheid. Het is het samenzijn van deze diverse groep dat iedereen zo’n goed gevoel geeft. Ook een deelnemer verwoordde het mooi: ‘Vooraf dacht ik “daar gaan we weer”, maar dit was echt een mooie diverse groep, met nieuwe inzichten en perspectieven.’
Na afloop onderschrijft Siomara de Getrouwe-Spalburg van Matapica deze conclusie. ‘Vandaag hebben we echt het gesprek kunnen voeren tussen verschillende groepen die elkaar normaal niet echt vaak tegenkomen. Dit gesprek zijn we op een enorm respectvolle en inhoudelijke manier aangegaan. Dat maakt mij blij en hier kunnen we op door.’
Marco Florijn – programmaleider van Impact door Groei deelt dit gevoel. ‘Vandaag wilden we elkaar vooral ontmoeten. Dat is gelukt. We zetten hier vandaag een komma, want ik voel – net zoals iedereen hier – hier willen we op door.’
Nieuwsgierig geworden naar het rapport van KplusV? Download hier het rapport en ontdek hoe inclusiviteit in financiering kan worden versterkt –>
Naar het onderzoeksrapport