Verandering teweegbrengen in de complexe vraagstukken waar we ons mee bezighouden, is een complex proces. Daarom ondersteunt GeestKracht het leerproces van initiatieven en organisaties waar we mee samenwerken. Dit doen we met van leergroepen rondom de drie centrale thema’s: cultuursensitief werken, domeinoverstijgend werken en wonen.
In de leersessies van deze groepen halen we gemeenschappelijke lessen op, waarmee we het initiatief (en dus het vraagstuk) verder kunnen brengen. Zodat de GeestKracht-droom – elke jongvolwassene kan zichzelf zijn en ook met een psychische kwetsbaarheid krachtig meedoen in de maatschappij – weer een stap dichterbij komt.
Op 12 november kwamen we nog één keer met verschillende mensen uit de leergroepen bijeen om te leren van het leren. We deelden op deze dag bevindingen vanuit deze leersessies met elkaar, zodat we dit soort sessies in het vervolg nog beter kunnen inrichten.
Midden in het centrum van Utrecht komen we samen in het Springhuys. Er hangt weliswaar een tintje melancholiek in de lucht – het is tenslotte het einde van een tijdperk – maar iedereen heeft er zin in en stelt zich open. We beginnen dan ook met het delen van eigen ervaringen die we uit de leersessies meenemen, samengevat in een paar woorden of korte zin. Een aantal voorbeelden die voorbij komen:
Samenstelling van de groep
Wie moet wanneer aan tafel zitten, en waarom? Met andere woorden: welke partijen betrekken we op welke momenten? Niet alle informatie is voor iedereen even relevant. Het is goed om van tevoren het doel en wie daarbij nodig is vast te stellen.
Absorptiecapaciteit en reflectievermogen
Iedereen absorbeert informatie in een andere mate. Hier moeten we rekening mee houden in wat we van mensen vragen. We bieden in de leersessies veel aan: is iedereen in staat om dat op te nemen? Dezelfde vraag geldt op het gebied van reflectievermogen: in hoeverre is iedereen in staat – en bereid – om te reflecteren?
‘Met elkaar reflecteren is ontzettend belangrijk. Zo durven we kritisch te zijn op onszelf en op het project. En kunnen we in een veilige omgeving toegeven als we moeten bijsturen.’
Verschillende behoeften
In de leersessies werkten we met veel verschillende mensen, die een andere kennisbasis en andere leerbehoeftes hadden en in andere fases van projecten zaten. Sommigen hadden behoefte aan individuele begeleiding, anderen niet. Voor de een was theorie fijner, de ander wilde praktisch aan de slag. De sessies afstemmen op de brede doelgroep, is dan ook een ingewikkeld vraagstuk. Kunnen we iedereen voorzien in hun leerbehoefte?
Intrinsieke motivatie
Voor sommige deelnemers aan de leersessies was het makkelijk een eigen leervraag te bedenken. Anderen hadden meer bevraging nodig naar hun motivatie, waar ze tegenaan liepen en naar op zoek waren. Dat vonden ze één-op-één fijner dan in een groep. Het is hoe dan ook belangrijk dat iedereen een eigen motivatie heeft om mee te doen en dat die boven water komt. We willen voorkomen dat meedoen aan de sessies een ‘moetje’ wordt.
Op een aantal thema’s willen we inzoomen. We breken op in vier kleinere groepen om specifiek te reflecteren op verschillende aspecten van de leersessies, te weten:
Wat ging goed, wat kon beter? Wat nemen we mee naar de toekomst? Na in groepen te hebben gebrainstormd, komen we weer bij elkaar om onze bevindingen te presenteren. Puntsgewijs een samenvatting van de gedeelde inzichten:
1. Basisvoorwaarden
2. Opzet en maatwerk
3. De rol van jongeren
Een behoorlijke lijst aan waardevolle inzichten, vanuit allerlei verschillende perspectieven van het programma GeestKracht. Hoe gaan we deze meenemen in de toekomst? Programmaleider Jeroen van Doorn vertelt: ‘Vijf jaar GeestKracht heeft ons geleerd dat leren een gezamenlijk proces is. Dus moeten we allemaal gelijkwaardig samenwerken: wij als fonds, de initiatieven die we financieren, en de jongvolwassenen om wie het gaat. Dat vraagt om heldere afspraken met elkaar, maar ook om een vertrouwensband zodat iedereen zich kwetsbaar durft op te stellen. Zo leren we écht van elkaar. Laten we vooral ook aandacht besteden aan voortdurend met elkaar blijven evalueren. Zowel op de “harde” afspraken als de meer persoonlijke kant.’