‘Ik ga door waar je ook kunt stoppen’

Van lokaal naar landelijk

Jeroen werkte hiervoor bij een organisatie waar hij zijn schouders onder de daklozenproblematiek zette. Hij startte projecten op in Tilburg, Den Bosch en Breda om daklozen sneller aan het werk te krijgen, zodat ze de stap kunnen maken naar een fijner bestaan. Jeroen was al half begonnen met de uitrol van dit initiatief naar de Randstad toen werd besloten om niet landelijk uit te rollen. Dat was het signaal om verder te kijken, want die landelijke ambitie brandde in hem.

Die ambitie ontstond toen hij tien jaar geleden ging werken in het sociaal domein. Dat doet zijn hart sneller kloppen, want ‘het is enorm belangrijk en mooi om aandacht aan te geven.’ Hij wil het verschil maken én zichzelf blijven ontwikkelen. Naast zijn werk is Jeroen een fervent wielrenner. ‘Discipline opbrengen lukt mij heel goed. Dat lukt met fietsen ook: ik ga door waar je ook kunt stoppen. Ik heb de lange adem. Net zoals in mijn werk.’

Testen wat werkt

Je moet ervoor waken dat je als vermogensfonds geen secundaire overheid wordt, aldus Jeroen. ‘In ons programma was een belangrijk onderdeel te testen wat werkt. En dan gaan er ook dingen fout. Dat is niet erg. Waar het om draait is dat wat wel werkt, vervolgens verder wordt gebracht door overheden, het onderwijs of het bedrijfsleven. Op deze manier landen goede oplossingen in het systeem.’

GeestKracht werkt

Initiatieven die goed werken waren er gelukkig genoeg. Trots is Jeroen op het project Het Bouwdepot. In dit project krijgen dak- en thuisloze jongeren in vertrouwen én onder begeleiding €1.000,- per maand. Vrij te besteden. ‘Dan zie je wat vertrouwen doet. Die jongeren voelen hierdoor direct: ik doe ertoe.’ De begeleiding van de jongeren die het geld kregen was er ook op gericht om dat vertrouwen te blijven voeden. ‘Je hoeft je niet te bewijzen, tenminste: niet meer dan wij,’ legt Jeroen gepassioneerd uit.

Ook Project010 is een succes. In dat project krijgen jongeren direct een woning, inclusief 8.000,- budget. Het geld wordt beheerd door een vrijwilliger die aan de jongere wordt gekoppeld. Vaak komt deze vrijwilliger uit het bedrijfsleven. ‘Die vindt het gewoon mooi om een jongere te helpen. En die jongeren hebben dan direct iemand naast zich staan die buiten de hulpverlening zit, die vaak in de avonden en de weekenden beschikbaar is. Dat helpt ook enorm.’

De maatschappelijke kosten-batenanalyse bleek ‘supervoordelig’. En nu wil de gemeente Rotterdam nog meer woningen beschikbaar stellen, ‘omdat het werkt’.

Gezinsbenadering

De goede verhalen stapelen zich op. Ook het project ‘Gezinsbenadering’ is er een dat zich bewezen heeft. Het gaat om vaders in detentie, die door hun gevangenisstraf geen rol van betekenis kunnen spelen voor hun kind. Wat als je dit nu gaat faciliteren? Dat heeft een positieve impact op zowel de vader als het kind. De gevangenissen gingen hierop inspelen. ‘We zagen dat gevangenissen kindvriendelijk werden gemaakt, waardoor kinderen het prettiger vonden om bij hun vader op bezoek te komen.’

Het aantal vaders dat vrijkomt en niet opnieuw in aanraking komt met justitie is groter door deze gezinsbenadering. ‘We gaan dit opschalen naar meer gevangenissen.’

Mijn team is top

Nu aan het eind van het programma blikt Jeroen ook vol trots terug op zijn team. Bijvoorbeeld op de rol die de jongvolwassenen Leon van der Aa en Noaz Asbroek hebben. Leon en Noaz begonnen met 10 uur op de loonlijst. ‘Dat is inmiddels gegroeid naar 24 uur voor de één en 32 uur voor ander. Omdat ze de ruimte namen. Ook met inhoudelijke analyses stapten ze naar voren.’

Voor Jeroen is april – wanneer GeestKracht afloopt – het eindstation voor hem als programmaleider bij FNO. Hij gaat ondernemen en doen wat hij voor FNO ook al deed: lokaal maatschappelijke impact maken en daarmee ook weer landelijk doorpakken. Maar met zijn drie belangrijkste lessen van FNO onder zijn arm: je doet het samen, blijf doorzetten én samenwerken met de mensen om wie het gaat.